EEN KIJKJE IN HET LEVEN VAN: JACQUELINE WERKHOVEN , EMB FLUISTERAAR

0
2794

getrouwd en moeder van drie zonen: Jorrit van eenentwintig, Jitze Jan de middelste telg van tien en de kleine ukkepuk Jelmer van tweeënhalfjaar jong. We hebben afgesproken om het interview onder het genot van een hapje en een drankje af te nemen. We zitten heerlijk samen op de paarse hangbank bij de Leeuwarder Lounge te kletsen over het leven van de vrouw tegenover me. Haar leven was een weg vol kuilen, afgronden, bergtoppen en diepe dalen. Maar de afgelopen jaren heeft ze haar pad redelijk leren effenen. Door hard aan zichzelf te werken, veel workshops, trainingen en een gedegen opleiding te volgen is het duidelijk geworden wat haar ultieme doel is. Een droomboerderij waar ouder en EMB kind in ontspannen sfeer kunnen verblijven, onderbouwd met coaching en therapie vanuit verschillende disciplines. “Welke stap zou je nu kunnen maken richting de ultieme droom, waar ligt je kracht? Hoe profileer je jezelf op het moment en welke kwaliteiten heb je te bieden?” Even is het stil en dan zegt ze; “ Ik profileer mezelf als energetisch therapeut omdat ik kan communiceren met EMB kinderen, ze verstaan me, ze begrijpen me en vice versa. Mijn diepste wens is om dit de ouders te leren, zodat ze hun kind niet langer zien vanuit een beperking, zoals ik ook altijd heb gedaan, maar van mens tot mens”. Tijdens het eten zijn we aan het brainstormen en langzaam maar zeker komt Jacqueline tot het besef dat de benaming van energetisch therapeut het doel niet dient, het is te breed en onduidelijk en niet specifiek gericht op ouders van EMB kinderen. We laten het even voor wat is en richten onze aandacht op het heerlijk eten wat voor ons staat.

HOE HET ALLEMAAAL BEGON
Volgens Jacqueline is haar eerste traumatische ervaring op twaalfjarige leeftijd als ze tijdens de gymles uit de ringen valt en negen dagen in coma terecht komt. Daar ziet ze het licht en een diep besef van dat alles één is. Maar deze spirituele ervaring raakt op de achtergrond en het leven gaat door. Op haar zeventiende krijgt Jacqueline vakantiewerk bij de Spar op Terschelling. Onder invloed van het mooie weer, de prachtige omgeving en een wel heel aantrekkelijke jongeman raakt ze hals over kop verliefd. Ze is nog een kind en weet van toeten noch blazen en al snel wordt ze niet meer ongesteld. Samen met haar moeder doet ze een zwangerschapstest die positief uitvalt. Er wordt haar geadviseerd om abortus te plegen maar dat is voor strijdlustige Jacqueline geen optie, ze moet en zal het kind houden en opvoeden. Ze stopt met de SPW-opleiding en gaat bij de ouders van haar vriendje inwonen. De eerste maanden is het naïeve stel in de zevende hemel, maar na vier maanden komt het tot een breuk en ze trekt voor onbepaalde tijd in bij haar ouders. Helaas loopt de bevalling verre van voorspoedig. De baby ligt in een stuit en het hoofdje zit vast onder de ribbenkast. De doctoren kunnen niet anders dan kiezen voor een keizersnee om het leven van het mannetje te redden en er wordt haar verteld dat ze nooit meer op een natuurlijke manier zal kunnen bevallen. Al met al een behoorlijk traumatische ervaring voor de jonge onervaren moeder. Op 23 mei 1997 aanschouwt Jorrit het levenslicht. De gezinssituatie van haar ouders is erg gespannen en opnieuw komt de jonge vrouw voor veel uitdagingen te staan. Uiteindelijk kiezen haar ouders voor een scheiding en Jacqueline en haar kindje moeten het huis uit. Op 18 augustus krijgt ze de sleutel van haar eerste eigen woning in Raerd. Op dat moment leeft ze van de bijstand en is verplicht om te solliciteren. Vanwege haar ervaring op Terschelling krijgt ze in Leeuwarden bij Casper supermarkt een baan aangeboden en Jorrit wordt ondergebracht bij een gastouder.

Gemaakt op Mooi Gaasterland juli 1998, Jacqueline en Jorrit

SHAKING BABY SYNDROOM
Alles lijkt voorspoedig te gaan totdat Jorrit ineens na zes maanden diverse hersenbloedingen en epileptische aanvallen krijgt. Uit de CT-scan komt een diagnose voort die Jacqueline om het hart slaat: “shaking baby syndroom”. In eerste instantie gelooft Jacqueline niet in de uitslag, want ze is zich van geen kwaad bewust en kan niet geloven dat de gastouders hier schuld aan hebben. Opnieuw traumatische ervaringen en gevoelens van eenzaamheid, onmacht, verdriet en hulpeloosheid overrompelen de jonge moeder. Hoewel Jorrit gezond verklaard wordt, mag Jacqueline niet langer met haar zoon alleen zijn en wordt in beperking gezet. Er volgt een psychologische onderzoek, omdat de artsen vermoeden dat ze als jonge moeder niet goed voor haar kind kan zorgen en het resultaat is dat Jacqueline haar kind niet mee naar huis mag nemen. Hoewel ze dat op dat moment niet beseft wordt de veilige binding tussen moeder en kind ernstig geschaad. Maar Jacqueline zou Jacqueline niet zijn als ze niet zou strijden als een leeuwin voor haar welp. Ze neemt een advocaat in handen want ze is er van overtuigd dat men geen enkele moeder haar kind mag ontnemen en zeker niet als de feiten niet te bewijzen zijn. Uiteindelijk krijgt ze toestemming om Jorrit mee te nemen op voorwaarde dat ze bij haar moeder gaat wonen en dat doet ze. Ondertussen zijn de autoriteiten achter de rug van Jacqueline om druk bezig met allerlei onderzoeken en ze komt onder de hoede van de jeugdbescherming. Uiteindelijk krijgt ze te horen dat ze officieel verantwoordelijk wordt gesteld voor het trauma van haar zoon.

Ze komt onder toezichtstelling te staan voor een jaar. Jacqueline komt samen met Jorrit terecht in Rijs, voor moeders met problematiek met kinderen, alweer een traumatische ervaring. Het zet haar in gevechtstand en ze zet alles op alles om Jorrit weer bij haar thuis te krijgen, ze spant een rechtszaak aan omdat ze diep van binnen voelt dat zij en haar zoon daar niet thuis horen. Uiteindelijk wint ze ook deze en verhuist met haar zoontje naar Akkrum. Maar opnieuw is ze verplicht om te werken en wordt aangenomen bij de Poiez en haar zoontje gaat naar een kinderdagverblijf. Maar het verloopt niet zoals gewenst, door de epilepsie belandt Jorrit regelmatig in het ziekenhuis en er is 24 uurs hulp voor hem nodig. Op het kinderdagverblijf wordt de problematiek echt duidelijk als Jorrit ongeveer anderhalf jaar oud is. Ze krijgen de indruk dat hij niet alles begrijpt hoewel je van de buitenkant niets kan afzien . Jacqueline laat zich opnieuw leiden door de mensen om haar heen en neemt de adviezen van haar omgeving klakkeloos aan. Ze zoekt contact met MEE Friesland en krijgt gespecialiseerde opvang voor Jorrit. In 1999 gaat het helemaal mis met Jorrit hij heeft meer dan 25 toevallen op een dag en belandt voor twee weken in het UMCG in Groningen. Het is zo ernstig dat hij wordt overgedragen naar Zwolle waar hij uiteindelijk een jaar verblijft en weer worden moeder en zoon uit elkaar gehaald, wederom een zwaar traumatische ervaring. In dat jaar loopt Jacqueline op haar tenen, ze werkt 5 dagen in de week en in de weekenden is Jorrit thuis. De buitenwereld vindt dat Jacqueline zo niet goed voor zichzelf kan zorgen, dus inherent ook niet voor haar kind en uiteindelijk belandt Jorrit op tweeënhalfjarige leeftijd in Maeykehiem, een woonlocatie in Sint Nicolaasga en zal daar blijven tot zijn negende levensjaar. Opnieuw geen hechting, geen verbinding met haar eigen kind en deze ketting van traumatische ervaringen vergen veel van de jonge moeder. Eenzaamheid maakte zich van haar meester en gevoelens als hopeloosheid, machteloosheid, frustratie en angst maken een onlosmakelijk deel uit van haar jonge leven. En weer is ze alleen, verdomd alleen!

Over twee weken volgt het tweede deel van “een kijkje in het leven van Jacqueline”. Hier kunnen we lezen hoe de omstandigheden haar sterken, hoe haar ontmoeting met Jessie haar inzichten geeft, hoe de workshops en trainingen haar bewustzijn vergroten en hoe het komt dat ze nu als EMD Fluisteraar door het leven gaat.